Speelgoed en Ontwikkeling – Opvoedingspunt

Blog > Ontwikkeling > Speelgoed en Ontwikkeling

Welk speelgoed is geschikt?
Kies speelgoed waarmee de peuter zich veelzijdig kan ontwikkelen. Let er op dat het speelgoed tegen een stootje kan en geen gevaar oplevert voor het kind. Hieronder tref je een speelgoedlijst die geschikt is voor de ontwikkeling van peuters. De lijst is slechts een indicatie, kinderen verschillen in hun ontwikkeling en interesse. Soms zijn ze eerder of later aan bepaald speelgoed toe.

Speelruimte
Om goed te kunnen spelen is er speelruimte nodig. Een plaatsje waar rommel gemaakt mag worden en niet steeds moet worden opgeruimd. Men kan hiervoor een deel van de huiskamer hiervoor afscheiden. Indien hiervoor geen kamer beschikbaar is, dan kan de slaapkamer er misschien op worden ingericht. Bijvoorbeeld met een (half)hoogslaper waardoor ruimte wordt gewonnen.

Wanneer het kind het spel dient te beëindigen (eten, naar bed gaan), waarschuw hem dan even van tevoren, zodat hij kan overschakelen.

Peuter vanaf 1,5 jaar
Nieuwe activiteiten zoals het achter zich aantrekken of voor zich uit laten rijden van projectielen bij het lopen.
Het kind gaat stapelen en omvergooien.
Vorm- en kleuronderscheid, muziek en ritme.

Speelgoedlijst
1. Wentelend rad aan een stok.
2. Houten beest of pop, dat bij voorttrekken beweegt.
3. Vrachtauto.
4. Houten trekker, krat of zak met grote houten blokken.
5. Wagentje of plankje waarop vormen met verschillende kleuren en grootten op houten pinnen gezet kunnen worden.
6. Pop of knuffelbeest.
7. Jodelbaan.
8. Trommel met stokjes.
9. Xylofoon.
10. Zandbak met schepjes, emmertjes en vormpjes.
11. Babybuggy.

Peuter vanaf 2 jaar
De peuter leeft nu volop vanuit de controle over het lichaam: het danst, rolt, stoeit en wil gepakt worden. Het leert nieuwe activiteiten (schroeven, kralen rijgen, vormen inleggen) die het eindeloos kan herhalen. Het zelf doen is belangerijker dan het resultaat: dat wordt vaak meteen weer teniet gedaan.

Het is boordevol energie. Een hamerbord helpt het zijn overmatige energie en agressie kwijt te raken.

Met een jaar of 2 begint de peuter te imiteren. Het doen en laten van anderen nabootsen, m.n. huishoudelijke bezigheden. Zowel meisjes als jongens spelen met poppen.

Plaatjes kijken met papa of mama is een belangrijk middel voor de taalontwikkeling. De ‘eigen ik’ speelt een sterke rol bij de 2-jarige. Zijn eigen zithoekje biedt gelegenheid tot concentratie bij activiteiten zoals tekenen (nu nog krassen en krabbelen), knippen en prutsen.

Speelgoedlijst
1. Rijpaard op wielen, hobbelpaard.
2. Insteekkralen.
3. Schroefblokken.
4. Doosje, mandje (puzzel) waarin middels gaten in deksel verschillende vormen gestopt kunnen worden.
5. Inlegborden. (invoudige vormen, niet te veel)
6. Grote houten kralen met rijgveter of plastic snoer.
7. Hamerbord. (hamertje tik)
8. Poppebed met lakentjes en dekentjes.
9. Poppewagen.
10. Pop met kleertjes die gemakkelijk aan en uit te trekken zijn.
11. Onbreekbaar serviesje.
12. Blik en vegertje.
13. Postbodepet met postbodetas.
14. Conducteurspet, kniptang en kaartjes.
15. Bromtol, fluit en muziekdoosje.
16. Stevige kartonnen prentenboeken met diervoorstellingen of situaties uit het dagelijkse leven.
17. Eigen stoel en tafeltje.
18. Papier en (kleur)potloden.
19. Gekleurd papier en schaar met stompe punt.
20. Speeltoed dat uit elkaar gehaald kan worden. Bijv. demonteerbare auto of trein etc.

Peuter vanaf 3 jaar
Bewegingsspel, doen alsof.

Het imitatiespel van de 2-jarige gaat over in fantasie spel. Een paar stoele achter elkaar worden een trein. Een grote kartonnen doos een boot, een bezem een paard, enz. Het kind gaat nu allerlei opstellingen maken om hetgeen hij gezien heeft, fantaserend na te spelen.

Oefening van vormwaarneming, het zien van kleine verschillen. Combineren van kleuren.

Lapjes bevoelen en sorteren.

Voorlezen is bevorderlijk voor de taalontwikkeling en voor het contact tussen ouders en kind. Het fantasie- en rollensel zet zich nu volop door. Havens worden gebouwd met boten, pakhuizen, hijskranen, etc. Er worden circusvoorstellingen gegeven, televisieseries en ongelukken worden nagespeeld. Er wordt ook vadertje en moedertje gespeeld.

Speelgoedlijst
1. Kruiwagen.
2. Driewieler.
3. Step.
4. Trekwagen/bolderkar waar ze zelf in kunnen zitten.
5. Stokpaardje.
6. Opblaasbare bal of beesten. (om zelf op te blazen)
7. Trekpop.
8. Verkleedkist. Oude kleren, petten, riemen, portemonnaie, doeken, etc.
9. Plastic timmergereedschap of werkbankje.
10. Plastic beesten, autootjes, poppetjes, huisjes, treintjes met rails etc.
11. Eenvoudig speelgoedwinkeltje.
12. Speelgoedtelefoon.
13. Boetseerklei.
14. Bellenblaas om zelf te bellen te blazen.
15. Schoolbord en krijt.
16. Inlegborden (puzzel) met meer ingewikkelde vormen die niet teveel verschillen.
17. Kleurmozaiek van vrij grote vierkantjes.
18. Kleurboeken.
19. Insteekmozaiek.
20. Wieltje-prik.
21. Spijkerplankje met kralen.
22. Hamertje tik.
23. Doos met lapjes van verschillend materialen en kleuren.
24. Voorleesboeken met illustraties en korte eenvoudige verhaaltjes.

Kleuter vanaf 4 jaar
De vierjarige houdt van wilde spelletjes en primitieve leefwijze.

Ze gaan nu vadertje en moedertje spelen en beroepen uitbeelden zoals politie-agent, verpleegkundige, brandweerman, dokter enz.

Zowel in de poppenkast als in de sprookjes is er voor de kleuters een overvloed aan mogelijkheden om gevoelens de baas te worden, te durven wat ze in werkelijkheid niet durven, prettige of moeilijke ervaringen opnieuw te beleven en te verwerken.

Speelgoedlijst
1. Bouwdoos om huizen of wagens te bouwen. (Matador, SIO-montage, Mobabo, vervo-actiemateriaal)
2. Plastic constructiespeelgoed: Lego, Monti, Bambino.
3. Garage met auto’s van verschillende merken.
4. Pakhuis. (liefst zelf timmeren)
5. Hijskraan (liefst hout of plastic), brandweerauto.
6. Soldaten, indianen, cowboys.
7. Poppenhuis met met tafeltjes, stoeltjes, wc-tjes, wastafeltjes, emmertjes, kleine poppetjes (ook jongens spelen hier graag mee)
8. Politie-, indianen, cowboy-, piraten-, brandweerpak, etc.
9. Winkeltje met weegschaal en gewichten
10. Meer poppen, poppekleertjes met knopen, haken en drukknopen.
11. Keukentje met toebehoren.
12. Verpleegsterskostuum.
13. Doktersetje in koffer.
14. Puzzels.
15. Dopjesmozaïek.
16. Kleurenmozaïek.
17. Kleurendomino of prentendomino.
18 Kleinere kralen.
19. Verfdoos met grote penselen en platte kwasten.
20. Plakpot, vouwblaadjes en plakfiguurtjes.
21. Uitprikkaarten.
22. Doorrijgkaarten.
23. Magnetobord.
24. Plastic figura.
25. Schommel.
26. Touwladder.
27. Tennisracket met bal eraan (bevestigd met elastiek)
28. Poppenkast met handpoppen.
29. Sprookjesboeken.

Tags